Studie benadrukt verband tussen kunstmatige voortplanting en risico op placenta accreta
De studie, gepubliceerd op 29 maart 2024 in het tijdschrift Nature, onderzoekt de risicofactoren die samenhangen met het risico op placenta accreta* na een vaginale bevalling. Tot nu toe werd deze zwangerschapscomplicatie in de meeste gevallen gevonden bij vrouwen die een andere zwangerschapscomplicatie, placenta previa, hadden gehad. Uit het onderzoek bleek echter dat meer dan de helft van de gevallen van placenta accreta voorkwam bij vrouwen zonder voorgeschiedenis van placenta previa of keizersnede. Deze vrouwen hadden echter wel gebruik gemaakt van kunstmatige voortplanting.
Het onderzoek werd uitgevoerd tussen 2007 en 2020 en was gebaseerd op gegevens uit het nationale Japanse register voor kunstmatige voortplanting, dat wordt beheerd door de Japanse vereniging voor verloskunde en gynaecologie. Om elk effect van littekenvorming in de baarmoeder op het risico op placenta accreta te voorkomen, werden alleen gevallen van vaginale bevalling meegenomen, wat 224.043 levend geboren éénlingen na embryotransplantatie vertegenwoordigt. Van de 1.412 gevallen van placenta accreta hadden er 1.360 (96,3%) betrekking op cycli waarbij de embryo's waren ingevroren (vergeleken met 3,7% wanneer de overgebrachte embryo's vers waren).
Voor elk van deze categorieën werden andere risicofactoren geïdentificeerd. Voor cycli met verse embryo's verhoogden de geassisteerde uitkomsttechniek* en embryotransplantatie in het blastocyststadium (5 tot 6 dagen na bevruchting) het risico op placenta accreta. Voor cycli op basis van ingevroren embryo's neemt het risico op placenta accreta aanzienlijk toe als de cyclus van de vrouw kunstmatig is geprogrammeerd, waardoor een grote dosis hormonen nodig is om het baarmoederslijmvlies voor te bereiden op de ontvangst van het embryo. Dit geeft het hoogste risico op placenta accreta, met 1,4% van de gevallen.
Dit nieuwe risico is toegevoegd aan de lijst met bekende risico's, zoals hyperstimulatie van de eierstokken, vroeggeboorte, een hogere prevalentie van aangeboren afwijkingen en een groter risico op pre-eclampsie. Alternatieven voor kunstmatige voortplanting zoals NaProTechnologies zouden ook meer bekend moeten zijn, zodat koppels de kans krijgen om zich voort te planten zonder de risico's die inherent zijn aan kunstmatige voortplanting.
*Placenta accreta spectrum (PAS) is een levensbedreigende complicatie van een zwangerschap die kan leiden tot aanzienlijk bloedverlies tijdens de bevalling. Deze aandoening is het gevolg van een abnormale invasie van de placenta in het myometrium van de baarmoederwand. Gewoonlijk is de belangrijkste risicofactor voor PAS littekenvorming van de baarmoeder als gevolg van een eerdere baarmoederoperatie zoals een keizersnede.
*Begeleid uitkomen houdt in dat er een klein gaatje wordt gemaakt in de glashuid (zona pellucida) die het embryo omringt om het aan te moedigen naar buiten te komen en zich te nestelen in de baarmoeder van de vrouw.
