Op 1 september heeft de Grote Raad van Genève (het parlement van het kanton Genève) twee bepalingen van de gezondheidswet die in 2018 waren ingevoerd, ingetrokken. Deze waren bedoeld om hulp bij zelfdoding in medisch-sociale instellingen en ziekenhuizen te garanderen.
De eerste bepaling stelde een commissie in, belast met het toezicht op de praktijk van hulp bij zelfdoding.
De tweede bepaling (art. 39A) verplichtte de voornoemde instellingen om de praktijk van hulp bij zelfdoding binnen hun muren te aanvaarden. Hoewel deze bepalingen werden afgeschaft omdat ze volgens de federale wet als overbodig beoordeeld werden, vrezen sommige verenigingen die hulp bij zelfdoding voorstellen, zoals Exit, dat sommige instellingen hen nu de toegang zullen weigeren. Het is onmogelijk om te weten of sommige instellingen deze weg zullen kiezen, maar de afwezigheid van een expliciete verplichting geeft hen de vrijheid om de voorkeur te geven aan alternatieven zoals de palliatieve zorgen, die de pijn verlichten zonder de patiënt van het leven te beroven.
Deze wetswijziging biedt aldus de gelegenheid om een praktijk die wordt voorgesteld als zorg, maar die grotendeels is toevertrouwd aan militante verenigingen, opnieuw te onderzoeken. Hoewel het ingetrokken artikel 39A instellingen verplichtte om hulp bij zelfdoding binnen hun muren uit te voeren, was het nooit mogelijk om medisch personeel te verplichten om aan deze praktijk deel te nemen.
Deze maatregel komt op het moment dat een Canadese studie is gepubliceerd in BMC Medical Ethics waarin de gevolgen worden geanalyseerd van het "institutionele bezwaar" dat wordt ingeroepen door bepaalde instellingen die euthanasie weigeren. Dit institutionele bezwaar benadrukt de nauwe band tussen individuele vrijheid en collectieve vrijheid. Het lijkt moeilijk om het individueel gewetensbezwaar te garanderen zonder de zorginstelling te laten kiezen om euthanasie te weigeren en zo een zekere vrijheid te garanderen voor het verplegend personeel.
In België kunnen zorginstellingen sinds een wet in 2020 niet meer weigeren om een arts euthanasie te laten uitvoeren in hun gebouwen. Dit vormt een inbreuk op hun religieuze of filosofische vrijheid.