De feiten
Nadat persberichten de omstandigheden waarin de jonge terminale kankerpatiënte Alexina Wattiez overleed, bekend maakten, ging een schokgolf door ons land en tot ver erbuiten. De 36-jarige werd thuis verpleegd, doch stierf een tragische dood toen de verpleegsters van dienst, na in paniek de hulp van een dokter te hebben ingeroepen, in een poging haar acute lijden alsnog te verlichten, haar in bed met een kussen verstikten. Dit gebeurde nadat de in allerijl erbij geroepen dokter, volgens de krant Le Soir: een "euthanasiespecialist", het lijden poogde te verlichten met kalmerende middelen en morfine. Maar toen de geïnjecteerde dosissen niet de verwachte verlichting brachten, konden de verpleegsters het lijden van de patiënte niet langer aanzien en verstikten haar.
De persbrerichten hadden verschillende interpretaties en zaaiden verwarring over de -van elkaar te onderscheiden- medische praktijken van sedatie en euthanasie. Daarom acht het Europees Instituut voor Bio-ethiek het nodig enkele fundamentele punten in herinnering brengen.
Palliatieve sedatie is wezenlijk verschillend van euthanasie
Zoals de Brusselse Federatie voor Palliatieve en Continue Zorgen (BFPCZ) stelt, ‘wordt palliatieve sedatie gedefinieerd als het gebruik van (een) kalmerend(e) middel(en) om vrijwillig het bewustzijnsniveau van een patiënt aan het levenseinde te verlagen, met als doel één of meer hardnekkige ziektesymptomen onder controle te krijgen die de patiënt als ondraaglijk beschouwt’. De bedoeling van palliatieve sedatie is dus geenszins om de dood van de patiënt uit te lokken of zelfs te bespoedigen, maar uitsluitend om het lijden van de patiënt te verlichten. Palliatieve sedatie die precies evenredig is aan de pijn van de patiënt is effectief om deze te verlichten. Hiervoor zijn de passende geneesmiddelen nodig en dienen ze te worden toegediend in de juiste dosis. Als de toegediende dosissen echter disproportioneel zijn en bovendien bedoeld als uitlokking van de dood of deze willen bespoedigen, dan is er sprake van euthanasistische sedatieen en gaat het, de facto, om een onwettelijke euthanasie.
Aan de voorwaarden voor euthanasie was duidelijk niet voldaan
Zelfs als de dood van de jonge vrouw het gevolg was van de toediening van sedatieve middelen, zou de euthanasie nog steeds illegaal zijn geweest omdat, wettelijk gezien, een arts in een noodsituatie niet tot een euthanasie kan overgaan met als bedoeling de dood van een patiënt te veroorzaken, zelfs niet als hij of zij daarom had verzocht. In dit geval beweert de arts echter dat hij niet de intentie had
om de dood van de patiënt te veroorzaken door het toedienen van de producten die hij in zijn bezit had.
De rechtbank, en niemand anders, zal beslissen over de werkelijke intentie van de arts, de rol van de telefonisch geraadpleegde arts en de mogelijke verwijtbaarheid van de drie verzorgers die betrokken waren bij de dood van Alexina. Alexina's echtgenoot en dochter willen dat hun overledene wordt erkend als slachtoffer en willen koste wat kost een herhaling van dit soort tragedies voorkomen.
Wat we echter al kunnen leren van deze trieste gebeurtenis is het wrede gebrek aan passende zorg, in het bijzonder palliatieve zorg, die in staat is om comfort te bieden aan een patiënt, zelfs in terminale fase. Het benadrukt ook het gebrek aan vorming voor zorgverleners in pijnmanagement en zorg rond het levenseinde. Het ontwikkelen van palliatieve thuis zorg en de vorming van zorgverleners in palliatieve cultuur en vaardigheden is dringend nodig voor het welzijn van patiënten en hun families.