De ontwikkeling van menselijke embryo's in laboratorium na 14 dagen?

Auteur / Bron : Gepubliceerd op : Thema : Biomedisch onderzoek / Embryo-onderzoek Nieuws Temps de lecture : 3 min.

 Afdrukken

In een op 5 maart gepubliceerd artikel roepen wetenschappers de beleidsmakers op om de termijn van 14 dagen waarbinnen onderzoekers de ontwikkeling van embryo's in reageerbuizen (in vitro) mogen observeren, te verlengen.

De oproep is ook gericht tot International Society for Stem Cell Research (ISSCR), de organisatie voor stamcelonderzoekers, waarvan het standpunt een zeker gezag heeft voor nationale wetgevers. De hoofdauteur van het artikel, Insoo Hyun, is hoogleraar bio-ethiek aan de Cleveland University (Ohio, VS), en heeft verschillende functies bekleed binnen ISSCR, onder meer als voorzitter van de Commissie Ethiek en Openbaar Beleid. De timing van de oproep is niet onbelangrijk: ISSCR zal naar verwachting binnenkort haar gedragscode inzake embryo-onderzoek herzien.

Waarom 14 dagen?

Sinds het eind van de jaren zeventig en de eerste in-vitrofertilisaties heeft de "14-dagen regel" zich geleidelijk opgedrongen aan onderzoek met menselijke embryo's, hetzij via wetgeving, hetzij via richtlijnen zoals die van ISSCR, die door de internationale wetenschappelijke gemeenschap worden gesteund. Punt 2.1.3.3 van deze richtlijnen bepaalt dat "elke in vitro-kweek van een intact menselijk embryo of van een celstructuur gelijk aan een embryo, begiftigd met organisch menselijk potentieel, ongeacht de wijze van ontkieming, na 14 dagen of vanaf de vorming van de primitieve streep" verboden is.

De auteurs herinneren eraan dat deze limiet destijds werd aanbevolen uit zorg voor "een kader voor wetenschap in een pluralistische samenleving". Twee weken is ongeveer de tijd waarbinnen de inplanting van het embryo in de baarmoeder voltooid is. Het is ook de tijd waarin de primitieve streep verschijnt, de uitlijning van cellen die het begin van de wervelkolom en de vorming van de hoofdweefsels van het lichaam aangeeft. Na dit stadium kan het embryo zich niet meer delen om plaats te maken voor een tweede tweelingembryo. Maar het exact aantal van 14 dagen is alleen gerechtvaardigd door de noodzaak om een (arbitraire) grens vast te stellen, zowel juridisch als politiek.

Vroeger liet de stand van de wetenschap geen twee weken in vitro cultuur toe. Maar nu kunnen wetenschappers de kweek verlengen tot de 13e levensdag van het embryo, waarna zij verplicht zijn het te vernietigen.

Waarom de toegestane embryonale ontwikkelingstijd verlengen?

Om beter te begrijpen hoe fouten in de vroege ontwikkeling van embryo's ontstaan, om onvruchtbaarheid beter te genezen en miskramen te voorkomen, zou het volgens de auteurs wenselijk zijn onderzoek op in vitro embryo's na 14 dagen toe te staan. De toegang van onderzoekers tot embryo's die het resultaat zijn van miskramen tijdens de eerste maand van de zwangerschap is blijkbaar zeer beperkt. Derhalve zijn zij geconfronteerd met een "zwarte doos" tussen dag 14 en 28 van de zwangerschap.

De auteurs pleiten voor een "stapsgewijze" aanpak van 2 of 3 extra dagen (d.w.z. zonder vaste limiet), op voorwaarde dat bepaalde beginselen in acht worden genomen, zoals de toetsing van de onderzoeksprojecten door ethische comités, of de voorwaarde dat er geen alternatieve manier is om hetzelfde resultaat te bereiken.

Ethische vragen

In 2016 had Insoo Hyun al het voortouw genomen door elke "morele waarheid" van de 14-dagen regel te ontkennen. Hij drong erop aan de beperking te zien als een instrument om "het evenwicht te bewaren tussen het toestaan van onderzoek en het bewaren van het vertrouwen van het publiek". Hij concludeerde dan ook dat "naarmate de omstandigheden en attitudes veranderen, de grenzen op legitieme wijze opnieuw kunnen worden geformuleerd.

Ligt niet juist in deze logica de drijvende kracht achter de normatieve ontwikkelingen in de bio-ethiek van vandaag? Maar moet wat technisch haalbaar is systematisch worden toegestaan? Het is duidelijk dat het embryo, vanaf het moment dat het uit zijn natuurlijke omgeving - de baarmoeder van de moeder - wordt gehaald, ter beschikking staat van de onderzoeker, die maar moeilijk kan begrijpen waarom hij zijn onderzoeksobject niet verder kan laten ontwikkelen dan tot een bepaalde grens, terwijl de wetenschappelijke vooruitgang hem daartoe in staat zou stellen en hij aldus andere mysteries zou kunnen ontsluieren. Bestaat bovendien niet het gevaar dat de verlenging van de termijn voor de ontwikkeling van de mens ex utero op een dag het onderzoek naar kunstmatige baarmoeders zal kruisen, waardoor de volledige export van de zwangerschap buiten het lichaam van de vrouw wordt bevorderd?

Recht en praktijk in België

De Belgische wet inzake onderzoek met menselijke embryo's staat de ontwikkeling van embryo's toe tot de 14e levensdag (exclusief invriezingstijd). België is een van de weinige landen ter wereld die ook het creëren van embryo's specifiek voor wetenschappelijk onderzoek toestaat. Tussen 2006 en 2016 zijn 24.299 embryo's gebruikt voor onderzoeksprojecten, waarvan 2.835 embryo's uitsluitend voor dit doel zijn gecreëerd - de rest is afkomstig uit het "overschot" van medisch geassisteerde voortplantingen. Deze embryo's worden systematisch vernietigd door of aan het einde van behandelingen waaraan zij worden onderworpen.

Voor nadere informatie :

EIB-dossier "Embryo-onderzoek in België".

EIB-dossier "Kunstmatige baarmoeder: stand van zaken en ethische reflectie